Slavernij en vrijheid in de 18e-eeuwse samenleving van Curaçao
Museon Stadhouderslaan 37 2517 HV Den Haag.
Lezing met projectie door Han Jordaan Curaçao was in de achttiende eeuw een regionaal centrum van handel en scheepvaart. Het eiland was ongeschikt voor tropische plantagelandbouw. Dit had gevolgen voor het karakter van de slavernij. De helft van de slaven woonde en werkte in het stedelijk gebied rond de haven. Slaven werkten ook als matroos op de lokale handelsschepen. Curaçaose slaven hadden mogelijkheden om geld te verdienen en daarmee vrijheid te kopen. Er ontstond een relatief grote vrije zwarte en gekleurde bevolking. Blanken beschouwden zowel slaven als vrije zwarten en kleurlingen met een mengeling van verachting en angst. Dit kwam onder meer tot uiting in repressieve wetgeving en misstanden bij de rechtspraak. Desondanks wisten vrije niet-blanken een stevige positie te verwerven binnen de Curaçaose economie. En zij werden onmisbaar bij ordehandhaving en defensie.