Op zoek naar de oosterse bronnen van de Bijbel

23-05-2013 20:00

Rijksmuseum van Oudheden, Rapenburg 28 in Leiden    

Dr. Jan de Hond, conservator bij de afdeling geschiedenis van het Rijksmuseum Amsterdam, geeft een lezing in het kader van Nederlanders en het oude Nabije Oosten, de vernieuwde afdeling over de collectie van het Nabije Oosten.

Bijbel beter leren begrijpen

In de negentiende eeuw raakten steeds meer mensen ervan overtuigd dat de Bijbel niet het letterlijke woord Gods was. Ze zagen in dat het een boek was van mensen uit een specifieke tijd en cultuur, geschreven door en voor oosterlingen. Wilde men de Bijbel beter begrijpen, dan was het zaak die oosterse context beter te leren kennen. Dat kon door archeologisch onderzoek, maar ook door studie van de oosterse culturen uit die tijd. Europeanen waren er immers van overtuigd dat die statisch waren en zich niet of nauwelijks ontwikkelden. Het eigentijdse Oosten was voor hen dus in feite nog hetzelfde als het middeleeuwse, en zelfs het Bijbelse Oosten.

Artistieke verbeelding Bijbelverhalen

Dergelijke opvattingen beïnvloedden op den duur ook de artistieke verbeelding van de Bijbelverhalen. Dichters, romanschrijvers, schilders en andere kunstenaars trokken in groten getale naar het Heilige Land om inspiratie op te doen voor romans of schilderijen. Ze hulden hun Bijbelse helden voortaan in een oriëntaals jasje. Spectaculaire voorbeelden van dit Bijbels oriëntalisme in Nederland zijn bijvoorbeeld het Jeruzalempanorama in Amsterdam en de Heilig Land Stichting bij Nijmegen. Hier konden bezoekers zich daadwerkelijk voor even in Palestina wanen.

website